Hoera! Tiaz is weer beter! Hij is weer zijn energieke, eigenwijze en vrolijke zelf, dus we zijn voorzichtigjes aan begonnen aan een wandeling door Cahuita National Park.
We hadden al eerder gezien dat de wasbeertjes nogal brutaal zijn hier. Ze zijn niet bang voor mensen en jatten tassen van mensen die op het strand zitten of aan het zwemmen zijn, op zoek naar iets eetbaars. Dus we waren al op onze hoede als we ergens gingen zitten.
Toen wij even pauze hielden bij een picknicktafel kwam er een groepje van deze roversbende op ons af. Ze waren aan de ene kant heel speels, een beetje met elkaar aan het rollebollen. Maar het had veel weg van een afleidingsmanoevre, waardoor anderen van het groepje onze spullen konden weggrissen. Daar waren wij dus al op bedacht, dus dat ging ze niet lukken. Maar toen ze bij ons op de picknicktafel sprongen, waar Tiaz op lag, vonden we ze toch echt een beetje minder grappig worden. Ze zien er namelijk best aaibaar uit, maar hebben toch ook best grote tanden. Ze bleven ook terugkomen en lieten zich niet snel verjagen. Dus met de paraplu in de aanslag voor als ze te dichtbij zouden komen, zijn we maar weer verder gaan lopen, want we vertrouwden deze boefjes voor geen meter.
Een lokale gids, die we toevallig tegenkwamen wees ons op deze luiaard, heel hoog in een boom. Hij was amper met het blote oog te zien, dus dat hadden we zelf nooit gevonden. Er was ook amper een voor- en achterkant aan te herkennen, maar toch leuk.
We vroegen ons net af of hier nou ook grotere hagedissen en leguanen zitten, toen ze zich spontaan even lieten zien.
De capucijners waren er ook weer.
Toen we van een afstand deze vorm in een boom zagen, dachten we al aan een leguaan, maar we hadden wel een verrekijker nodig om hem te identificeren.
En zelfs met een flinke zoomlens was dit het beste wat we er van konden maken.
Kleine vleermuisjes.
De komende dagen blijven we nog steeds in Cahuita, om Tiaz goed aan te laten sterken. We doen het nog even rustig aan met hem, kleine wandelingen, een dagtripje mischien. En langzaamaan gaan we dan eens bedenken waar we nog meer naartoe kunnen, als alles goed blijft gaan met hem.